Schoolrijpheid

Schoolrijpheid: klaar voor het eerste leerjaar?

Schoolrijpheid kan je vergelijken met de fundering van een huis. Een huis met degelijke fundamenten is stevig en blijft overeind. Als de fundering ontbreekt of niet stevig genoeg is, wordt het huis instabiel en ontstaan er scheuren die langzaamaan groter worden.

Dit principe geldt ook voor schoolrijpheid. De peuter- en kleutertijd is belangrijk als basis voor je verdere leven. Als deze basis niet goed is, ontstaan er hiaten en splintervaardigheden. Daardoor zullen er mogelijks in de toekomst (leer-)problemen ontstaan. Kleuters die overgaan naar het eerste leerjaar terwijl ze niet schoolrijp zijn, ervaren heel regelmatig dat iets niet lukt en hebben na een tijdje nog weinig zelfvertrouwen. Ze voelen en zeggen sneller ‘Ik kan dat niet’. Kinderen met een stevige basis daarentegen, ontwikkelen het nodige zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld.

Schoolrijpheid: een proces

Je kan je afvragen wanneer en hoe iemand kan inschatten of je kind in september klaar zal zijn om naar het eerste leerjaar te gaan. Een goede opvolging van de ontwikkeling van je kleuter is daarbij belangrijk. 

Schoolrijp worden is immers een proces dat begint lang voor het einde van de kleutertijd. Je kind groeit er geleidelijk naartoe. Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Niet alleen de aanleg van je kind speelt daarin een grote rol, ook aanmoediging en kansen vanuit de omgevingspelen.  

Zijn er twijfels of bezorgdheden? Dan heb je de kans om je kind gericht te stimuleren en te ondersteunen.

Wil je meer achtergrondinformatie? Het boek ‘Juf, mag ik overvaren’ van Marc Litière (uitgeverij Lannoo) vind ik een aanrader.

Schoolrijpheid testen

Het is belangrijk om de kleuter in zijn totaliteit te bekijken. Schoolrijpheidstesten kunnen gebruikt worden als aanvulling op of ondersteuning van de observaties van leerkrachten.

Een brede kijk op kleuters krijg je door het samenvoegen van observaties van de leerkracht, het kleutervolgsysteem, eventuele testresultaten en de bevindingen van ouders.

Ook de beleving van de kleuter is van belang. Geeft het kind zelf aan dat het naar het eerste leerjaar wil? Toont het interesse in cijfers, letters en leren schrijven?

Schoolrijpheid: wat wordt er van je kleuter verwacht?

Klaar zijn voor het eerste leerjaar is
kennen, kunnen, voelen én willen. 

Volgende aspecten van de ontwikkeling worden geobserveerd in functie van schoolrijpheid.

Je kleuter kent

  • voldoende woorden om zich uit te drukken en te zeggen wat hij/zij denkt
  • het principe van rijmen en herkent geluiden en klanken
  • de één-één-relatie en kan een hoeveelheid (tot 6) tellen
  • rekenbegrippen toepassen zoals meer en minder
  • eenvoudige rekenhandelingen zoals erbij doen

Je kleuter kan

  • meervoudige opdrachten begrijpen
  • zinnen van 4 tot 8 woorden nazeggen
  • 4 tot 5 woorden nazeggen zonder onderling verband 
  • letters van woorden samenvoegen tot één woord: b – a – l
  • woorden in woordstukjes verdelen: kla-ppen, lo-pen…
  • een tijdje zelfstandig met iets bezig zijn
  • zich (grotendeels) aan- en uitkleden
  • samenwerken met ogen en handen bv. knippen op een lijn, rijgen
  • voorwerpen grijpen met een pincetgreep
  • een potlood met de voorkeurshand vasthouden, de potloodgreep is daarbij min of meer correct en soepel vanuit de pols (greep met duim en wijsvinger)
  • voorbereidende schrijfpatronen maken
  • een tijd rechtop zitten op een stoel
  • kleine verschillen zien bij eenvoudige tekeningen
  • een aantal items die hij/zij gezien of gehoord heeft onthouden
  • zichzelf behelpen: brooddoos openen, neus snuiten, toilet bezoeken, sluitingen open en dicht doen…

Je kleuter is

  • leergierig en wil nieuwe dingen leren
  • geïnteresseerd in cijfers en letters
  • durft experimenteren met materialen
  • in staat om de aandacht te delen en rekening te houden met anderen
  • bereid zich aan regels te houden, houdt zich aan afgesproken regels mits duidelijke aanwijzingen
  • weerbaar en durft grenzen aangeven tegenover andere kleuters

Je kleuter voelt

  • zich goed in de klas en schoolomgeving
  • voldoende zelfvertrouwen
  • zich geliefd door vriendjes

Schoolrijpheid stimuleren zonder forceren: hoe doe je dat?

In de eerste plaats laat je je kleuter op een speelse manier ervaringen opdoen door te bewegen, kijken, luisteren en voelen. Het is een meerwaarde om bij het spelen alle zintuigen aan te spreken. Leuke activiteiten vind je in de boeken ‘Mijn peuter speelt’ en ‘Mijn kleuter speelt’. Met wat attributen zoals een dobbelsteen kan je de moeilijkheidsgraad verhogen. 

Daarnaast is het belangrijk om te praten met je kind en te verwoorden wat je ziet, doet en voelt.

Ook gezelschapsspelen zijn ideaal om de ontwikkeling te stimuleren omdat het spelen van een spel plezant is én beroep doet op veel vaardigheden.

Laat je kind zoveel mogelijk zelf doen. Als iets nog niet lukt, bied hulp en laat je kind enkel de laatste stap zelf doen. Daarna ook de voorlaatste stap… Zo stimuleer je de zelfstandigheid en geef je kansen tot zelfsturing.

Als je samen speelt, kies dan voor activiteiten die je zelf ook leuk vindt want je kind merkt meteen aan jou of je plezier beleefd aan een activiteit en zal het enthousiasme over nemen.

Heb je geen tijd om samen te spelen, bied dan materialen aan en geef je kind speel-ideeën indien nodig. Hier volgen concrete tips voor de verschillende ontwikkelingsdomeinen.

TAALONTWIKKELING 

  • spreek zoveel mogelijk algemeen Nederlands met je kind en verwoord wat je ziet, hoort, voelt…
  • zing samen kinderliedjes 
  • maak grapjes, raadseltjes (gebruik eventueel een moppen- of raadselboekje)
  • doe taalspelletjes (bv. raad het woord dat ik in stukjes zeg: o-li-fant OF klap in je handen als je in het verhaal het woord ‘kat’ hoort)
  • verzin versjes en gebruik veel rijmwoorden 
  • laat je kind regelmatig zelf vertellen waarbij je het de tijd geeft om rustig zijn verhaal te doen; neem zelf ook de tijd om te luisteren 
  • vertel verhalen en stel vragen over het verhaal
  • zoek de letters van je naam op de straat, in de winkel, in de krant…
  • lees veel voor en laat je kind in boeken kijken; zo ontstaat de motivatie om te leren lezen en schrijven
  • maak gebruik van luisterverhalen

Opmerking: bij foutief taalgebruik kun je je kind beter niet onderbreken en verbeteren. Je kan wel het verkeerde op de juiste wijze herhalen. Bv. je kind zegt: ‘Ik heef geloopt’, dan zeg je als ouder het beste: ‘Heb je gelopen?’. Zo krijgt je kleuter de juiste vervoegwijze te horen, zonder dat de fout benoemd wordt.

MOTORISCHE ONTWIKKELING: fijne motoriek en voorbereidend schrijven

  • oefeningen voor hand- en vingervaardigheden: vouwen, spelen met zand/water en steentjes, kralen rijgen, insteekmozaïek, hamertje tik, werken met klei, vingerverf, spelen met vinger-en handpoppen 
  • knutsel samen met je kind of help het op weg door samen aan een knutselactiviteit te starten: schilderen, knippen, kleven, prikken, kralen rijgen, boetseren met klei, plasticine of brooddeeg 
  • wissel af met materialen om te tekenen of kleuren: kleurpotloden, wasco, crayon rocks, viltstiften, krijt…
  • voorzie een doos met verschillende soorten materialen om op te schrijven: wit en gekleurd papier, karton, ribbelkarton, zwart papier om met een wit potlood op te tekenen, dun hout, plastic… 
  • hang een groot blad of een stik behangpapier aan de muur en laat je kind al staande tekenen; de schrijfbeweging vanuit de schouder verloopt zo soepel en is een voorbereiding voor de bewegingen vanuit de pols en vinger 
  • laat je kind collages maken met verschillende materialen: hout, zand, stof, lijm, papier, rijstkorrels, schelpen… 
  • laat je kind bouwen met constructiemateriaal (zoals Lego, Duplo, houten stapelblokken…) maar ook met waardeloos materiaal zoals verpakkingen, dozen en plastic flessen 
  • geef je kleuter materialen om te scheppen of te vullen: lege flessen vullen met gedroogde erwten, rijst met een lepel in een kommetje scheppen, kommetjes met water vullen met een spuitje (in bad)…
  • laat je kind zoveel mogelijk zelfstandig aan-en uitkleden, ritssluitingen sluiten, knopen dichtmaken, veters strikken, knopen of vlechten leren maken…

Opmerking: de pincetgreep vormt de basis voor een juiste pengreep en kan je oefenen door je kleuter wasknijpers te laten plaatsen op een doos of stuk karton, kleine voorwerpen te laten grijpen tussen duim en wijsvinger, de vingertoppen afwisselend de duim laten aantikken…

Je kleuter moet nog geen letters en cijfers leren schrijven! Voorbereidend schrijven en een soepele schrijfhand kan ook op een speelse manier geoefend worden. Letters en cijfers worden aangeleerd in het eerste leerjaar!

MOTORISCHE ONTWIKKELING: grote motoriek

  • geef je kind kansen om te bewegen: kruipen, rollen, glijden, schommelen, rennen, springen, zwaaien, klimmen, werpen, hinkelen, huppelen, werpen, vangen, voetballen, evenwichtsoefeningen, dansen, touwtjespringen, fietsen, zwemmen…
  • laat je kind in de tuin en keuken helpen met activiteiten die de vaardigheden van handen en de samenwerking tussen beide handen en tussen handen en ogen stimuleren: harken, wieden, groenten snijden, roeren, schillen, spoelen, wringen… 
  • laat je kleuter eventueel deelnemen aan kleuterturnen, kleuterdans, kleuterjudo, watergewenning…

Opmerking: een goede zithouding vraagt een goede rompstabiliteit. Die kan je oefenen door je vanuit buiklig op te richten en ondertussen bijvoorbeeld in een boek te kijken. Ook het gebruik van de wobbelplank en springen met een skippy-bal stimuleren de rompstabiliteit en dus ook het rechtop zitten.
Door veel te bewegen oefen je niet alleen de motoriek maar ook het lichaamsschema en de oriëntatie in de ruimte.

VERSTANDELIJKE ONTWIKKELING 

Gezelschapsspelen doen een beroep op heel wat cognitieve vaardigheden zoals kijk- en luistervaardigheden, ruimtelijk inzicht, probleemoplossend denken, tellen…

  • educatieve spelen van het merk ‘Haba’, ‘Djeco’…
  • smartgames vind je op www.smartgames.eu en www.thinkfun.be
  • mini loco en tiptoi
  • lottospelen, uno junior, stratego junior, ganzenbord,…
  • spelletjes met getalbeelden en hoeveelheden: domino, memory, vier op een rij

Leren omgaan met hoeveelheden, rekentaal en rekenbegrippen

  • gebruik situaties waarbij je kunt tellen ook om te tellen: de stenen op weg naar school, de lantaarnpalen tellen, de traptreden, springen met een springtouw en gelijktijdig tellen, hoeveel sprongen maakt deze steen in het water, wie kan de ballon 10 keer in de lucht slaan zonder dat hij valt, nog eens drie lekkere taartjes maken in de zandbak… 
  • gebruik aftelrijmpjes: laat je kind hierbij vooruit en achteruit tellen: van 0 tot 10, maar ook van 10 naar 0
  • tafel helpen dekken: rekening houden met hoeveel personen er zijn, eerst het platte bord, daarop het soepbord, links de vork, rechts het mes en de lepel…
  • wassen: eerst was ik je gezicht, daarna je handen, eerst je linkerhand, daarna je rechterhand…
  • gebruik als ouder de volgende begrippen waar het kan: veel, weinig, meer, minder, meest, minst, erbij, eraf, hoeveel is het samen en hoeveel zijn er over. 
  • winkeltje spelen met speelgoedgeld
  • iets eerlijk verdelen
  • torens bouwen en ordenen van klein naar groot
  • speelgoed opruimen is een ideale gelegenheid om te leren en ordenen en sorteren op kleur, grootte, vorm en soort… 
  • het spel ‘Schipper, mag ik overvaren?’ helpt bij het classificeren. Bv.: ‘Alle kindjes met een rode trui mogen over’

Ontdekken van het eigen lichaam en de ruimte rondom je

  • benoem bij het aan- en uitkleden niet alleen de verschillende lichaamsdelen, maar ook waar ze zich bevinden: boven de mond, onder de benen, links van je hoofd, rechts van je hand, in het midden van je lichaam… 
  • laat je kind in alle richtingen experimenteren en bewegen: bouwen in de hoogte, in de breedte, naar zich toe of van zich af en laat hem verwoorden wat hij doet
  • geef opdrachtjes met ruimtelijke begrippen: ‘Ga de doos halen die op het kleine tafeltje naast de kast staat’ 
  • laat je kind zeggen waar iets staat of waar hij zich bevindt: voor de zetel, naast de confituurpot, op de onderzetter, het mes ligt naast het bord, de lepel ligt boven het bord, de boekentas staat onderaan de trap… 
  • gebruik zelf regelmatig ruimtelijke begrippen als: naast, op, onder, links, rechts, boven, onder… 
  • speel veel met blokken of ander constructiemateriaal en laat je kind constructies of plkannen nabouwen
  • laat je kind puzzelen 

Tijdsbesef

  • spreek met je kind over tijd en koppel het aan dagelijkse activiteiten: wanneer is morgen? Morgen is als je één keer geslapen hebt. Woensdag is het een half dagje school. De zomer is als we op vakantie gaan naar zee…
  • werk samen met je kind in de tuin. Zo help je hem om tijdsbesef over een langere tijd te ervaren: bloembollen, sla, aardbeien, aardappelen planten. Hierbij werk je dan ook aan de zorg voor planten en natuur. 
  • laat je kind vaste ritmes ervaren door ze thuis in te lassen, bijvoorbeeld elke dag een kalenderblaadje afscheuren, elke avond een verhaaltje voorlezen, vaste tijdstippen om te eten…
  • met een kalender wordt de tijd duidelijker en krijgt een kind greep op het tijdsverloop. Geef hierop gebeurtenissen aan of laat je kind erop tekenen: verjaardag, Sinterklaas, Kerstmis…
  • gebruik af en toe een zandloper, chronometer of keukenwekker om je kind te helpen het tijdsverloop te ervarenbv. een halfuurtje tv-kijken, een kwartiertje op de computer
  • gebruik een klok: de grote wijzer is duidelijk voor een kind (als de wijzer daar staat, gaan we eten)
  • een slaapwekker voor kinderen geeft duidelijk weer wanneer je kleuter uit bed mag opstaan

ZELFREDZAAMHEID

  • geef je kind voldoende kansen om zelf zijn dagelijkse probleempjes en moeilijkheden op te lossen. Zo leert hij omgaan met allerlei praktische situaties en leert hij zijn plan te trekken. Hierdoor stijgt ook zijn zelfvertrouwen, omdat hij zelf dingen doet, kan en mag. Bv. Wat hebben we nodig om te gaan zwemmen? 
  • leer je kind zorg dragen voor zijn persoonlijk materiaal: boekentas, brooddoos, koekjes nemen, speelgoed opbergen…
  • laat je kind zelfstandig kleine opdrachtjes uitvoeren: bed opmaken, prullenmand leegmaken, helpen met de afwas, tafel dekken of afruimen
  • laat je kind af en toe eens zelf de telefoon opnemen of iets gaan vragen bij de buren

SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING 

  • laat je kind af en toe activiteiten buiten het gezin doen zodat hij ervaart dat hij ook zonder zijn ouders kan functioneren 
  • leer je kind omgaan met duidelijke afspraken en met de gevolgen hiervan
  • stimuleer je kind om zelf oplossingen te zoeken voor kleine conflicten. 
  • geef positieve aandacht aan wat je kind al kan
  • help je kind en moedig aan indien nodig 
  • toon als ouder veel interesse in het schoolgebeuren en alle activiteiten die je kind onderneemt 
  • benoem en bespreek emoties en gevoelens zoals verdriet, teleurstelling, boosheid, angst, plezier en voldoening, bijvoorbeeld door samen te spelen met (hand)poppen en knuffeldieren 
  • indien je kind daar nood aan heeft kan je de dag bespreken met een dagboek op kindermaat (bv. ‘slaapklets voor kleuters’ of het ‘kleuter smoeltjesschrift’)

Andere ideeën

  • kijkspelletjes: ‘ik zie, ik zie, wat jij niet ziet’. 
  • zoek de verschillen tussen twee soortgelijke tekeningen. 
  • maak met prentjes uit tijdschriften een lijst met benodigdheden voor een activiteit en zoek samen met je kind welke je nodig hebt bv. zwemmen: badpak, handdoek, zwembandjes… 
  • doe concentratie- en geheugenspelletjes: een zin nazeggen, volgorde van handelingen onthouden, bewegingsreeks nadoen, zo snel mogelijk een detail zoeken op een prent, figuren natekenen, doolhoven op papier maken, getallenrij van 3 tot 5 cijfers onthouden, reeks dieren onthouden 
  • als je kind een probleem tegenkomt, kun je hem zelf allerlei mogelijke oplossingen laten bedenken Bv.: Ik kan niet bij de koekjes in de kast → Oplossing: neem een stoel, springen, vragen aan papa… 

Schoolrijpheid: extra stimulatie bij ‘OntwikkelS’

  • 3 kleuters
  • op speelse wijze oefenen we lees-, schrijf- en rekenvoorwaarden
  • wekelijks 90 minuten
  • intakegesprek
  • individueel oudergesprek met info over en tips voor jouw kind
  • drankje en materiaal voor elke sessie inbegrepen
  • mogelijkheid om de schoolrijpheid te screenen
  • meer informatie of inschrijven: 0486 21 84 56